De persoonsvorm is het werkwoord dat aangeeft of de zin:

  • in de tegenwoordige, verleden of toekomstige tijd staat
  • in de eerste, tweede of derde persoon staat
  • in het enkelvoud of in het meervoud staat (aantal)

Directe link met onderwerp
De persoonsvorm komt altijd overeen met het onderwerp in persoon (eerste, tweede of derde) en in aantal (enkelvoud of meervoud).

Voorbeeld

– Zijn kinderen heeft die man al jaren niet meer gezien.
persoonsvorm: heeft
onderwerp: die man

– Zijn kinderen hebben die man al jaren niet meer gezien.
persoonsvorm: hebben
onderwerp: zijn kinderen

 

Meer weten